Je hoeft echt geen wagen te hebben om de kinderen mee te nemen naar oma of de winkel. Op de fiets gaat het net zo goed, terwijl ze meteen ook het plezier van het fietsen zelf zullen ontdekken. Hierbij heb je de keuze uit verschillende oplossingen, gaande van een veilige fietsstoel tot de fietskar, de bakfiets of een aangekoppelde kinderfiets. Veiligheid gaat natuurlijk wel boven alles. Wij leggen uit hoe je op een veilige manier van het autozitje naar de aanhangfiets evolueert.
Van autozitje naar fietszitje
Voor jonge kindjes is het aangeraden om een autozitje achterop de fiets aan te brengen. Kies natuurlijk voor een comfortabel autozitje, gebruik een beugel of adapter, voorzie zadelveerbescherming en zet de draagbeugel steeds omhoog. Controleer ook even het maximum draaggewicht van de bagagedrager. Meestal is dat 25 kilogram en zo zwaar is jouw kindje natuurlijk nog niet.
Eenmaal een kind zelfstandig rechtop kan zitten, vaak ergens tussen de leeftijd van zes maand en een jaar, maak je de overstap naar een fietsstoel. In principe heb je de keuze tussen een fietsstoel voor achterop of een fietsstoel die je aan het stuur monteert. Die eerste optie is in principe veiliger. Wel zie je je kindje dan niet tijdens het fietsen. Controleer hoe dan ook of de fietsstoel aan de Europese norm EN 143 44 voldoet en of het een drie- of vierpuntsgordel heeft. Enkel dan spreken we van een veilige fietsstoel. Eventueel moet je nog even je fiets aanpassen, bijvoorbeeld door spaakafscherming aan te brengen en door ervoor te zorgen dat de remkabels niet afgeklemd worden. Zet je kindje ten slotte altijd een fietshelm op.
Extra tip: kies voor een fietsstoel met felle kleuren. Niet alleen ben je dan beter zichtbaar in het verkeer, bovendien wordt zo’n fietsstoel tijdens de zomer minder warm dan donkerkleurige stoeltjes.
Of toch maar een fietskar of bakfiets?
Van zodra een kind zelfstandig kan zitten, kan je natuurlijk ook overschakelen naar een fietskar of een bakfiets. Je kan dan gewoon een babyschelp of -autostoel in de bakfiets bevestigen. Let er wel altijd op dat het een goede vering heeft want heftige schokken zijn heel ongezond voor jonge kinderen. Een fietskar krijgt de voorkeur. Bij een bakfiets zit je kindje voor je en heb je niet altijd zicht op de verkeerssituatie, terwijl je je baby bij wijze van spreken al op het kruispunt moet deponeren.
Onthoud ook dat de fietskar aan extra eisen moet voldoen. Zo moet het achteraan met twee rode reflectoren zijn uitgerust, moet het een rood achterlicht hebben en moet het natuurlijk ontworpen zijn om passagiers te vervoeren.
Naar de tandem en aanhangfiets
Vanaf de leeftijd van vier jaar kan je de overstap maken naar een tandem of aanhangfiets en kan je kleintje ook zelf trappen, zonder te moeten sturen. Op die manier leren ze het fietsen alvast kennen en worden ze het gewoon om te trappen, terwijl ze bij vermoeidheid gewoon kunnen rusten. Zorg er wel voor dat je kind aandachtig blijft en niet in slaap valt. Verhoog ook altijd de zichtbaarheid door een fluohesje te dragen en een fietsvlag aan de fiets te bevestigen. Uiteraard kan je tussendoor beginnen om je kinderen zelfstandig te leren fietsen. Bekijk daarvoor zeker ook even onze eerdere tips om je kindje te leren fietsen.